5 mei 2014

Poetin niest sneller dan gedacht

De provinciale staten discussieerde onlangs over het energiebeleid in de provincie.

Namens de ChristenUnie en SGP fractie voerde de heer VAN DIEREN het woord: ‘Deze nota Intensivering energiebeleid Zuid-Holland is gebaseerd op het nationale Energieakkoord dat het Rijk heeft afgesloten met de koepelorganisaties van overheden en maatschappelijke organisaties. Een beleid dat onder andere streeft naar vermindering van energieverbruik en ten tweede naar het gebruik van bestaande ongebruikte energie en hernieuwbare energie. Namens de fractie van de ChristenUnie en SGP wil ik een drietal redenen noemen waarom wij deze inzet steunen:

1.         Vanwege de eindigheid van fossiele brandstoffen, zoals de gasvoorraad in Groningen en de toenemende problemen bij de winning daarvan.

2.         Omdat wij voor de energievoorziening minder afhankelijk moeten worden van andere landen. Veel van onze energie komt uit instabiele regio’s en soms zelfs uit landen met een bedenkelijke politieke structuur. Ik heb wel eens gezegd: “Wanneer er een sjeik slecht geslapen heeft of Poetin niest, dan hebben wij een probleem”. Dat hebben wij in het verleden meermalen ervaren.

3.         De vermindering van de uitstoot, wat leidt tot verbetering van de leefomgeving’.

Van Dieren ging verder: ‘Het is goed dat GS zo spoedig na de ondertekening van het Energieakkoord gekomen zijn met deze nota, waarin de beleidsmaatregelen uitgewerkt worden die in Zuid-Holland mogelijk zijn om de gestelde doelen dichterbij te brengen. Dat moet op een verstandige wijze verder worden vormgegeven. Voorlichting en het bijeenbrengen van partijen zullen daarbij zeer belangrijk zijn’.

De heer BRANDS van de PPV interrumpeerde: ‘Ik heb een vraag aan de ChristenUnie en SGP: uitstoot waarvan? Er zijn kolencentrales die niets anders uitstoten dan CO2 en waterdamp. En u weet toch dat onze kolen voor een heel groot deel ook uit de Verenigde Staten komen omdat daar ingezet wordt op bijvoorbeeld schaliegas, waardoor die kolen spotgoedkoop zijn. Vindt de ChristenUnie en SGP CO2, een atmosferische meststof die essentieel is voor alle leven op aarde, ook een gif? De opmerking over instabiele regio’s is ten dele waar maar voor een heel groot deel ook niet. Graag een reactie’.

Waarop de heer VAN DIEREN antwoordde: ‘Ik wil het niet verengen tot twee punten. Ik heb een heel breed scala aan onderwerpen genoemd, waarop wij onze stellingname baseren. De heer Brands zal het wellicht niet herkennen maar ik heb het nog eens opgezocht. In de jaren zeventig had een aantal sjeiks ook eens slecht geslapen.

Zij hebben de oliekraan toen dichtgedraaid en wij werden op rantsoen gesteld. Diezelfde discussie zien wij in Groningen met betrekking tot de aardgasvoorziening. We weten dat de aardgasbel van lieverlee leeg zal raken, waardoor wij op den duur alleen maar meer afhankelijk worden van het buitenland’.

Ter verduidelijking vroeg de heer BRANDS (PVV): ‘Er werden zojuist drie redenen genoemd om in stemmen met het voorstel. Ik vraag een reactie op twee van die redenen. Ik vereng de discussie niet; ik vraag graag slechts een reactie op twee van uw redenen:

1.         Vindt u CO2 een dodelijk gas, zoals bijna elke partij in deze Staten? Er zijn kolencentrales die niets anders uitstoten dan waterdamp (ik weet niet of de ChristenUnie en SGP waterdamp een dodelijk gas vindt) en CO2.

2.         U laat een kaartje gezien uit 1974 maar wij leven nu in 2014, dus wij zijn nu veertig jaar verder en ook de Nederlandse regering heeft geleerd om grondstoffen niet uit instabiele landen te halen maar bijvoorbeeld uit de Verenigde Staten die een kolenoverschot hebben waarmee wij nog honderden jaren keihard kunnen stoken. Daarnaast zijn er echte duurzame ontwikkelingen, zoals Thoriumcentrales die wellicht versneld kunnen worden.

Graag een reactie op twee van uw drie punten. Dank u wel’.

In de afronding van het debat nogmaals de heer van Dieren van de ChristenUnie en SGP-fractie: ‘Mag ik na deze bijdrage van de heer Brands ook nog een interruptie plaatsen? Ik heb geprobeerd om het zo eenvoudig mogelijk te zeggen. Ik heb ook niet gesproken over CO2. Dat heb ik bewust vermeden. Ik heb gezegd dat het inzetten van fossiele brandstoffen leidt tot verslechtering van de omgeving. De uitstoot daarvan is in die mate niet gezond. Jaren terug is al gebleken dat er risico’s aan zitten om voor de energievoorziening afhankelijk te zijn van derden. Daarom is het beter om als land meer zelfvoorzienend te zijn. Daarom is het verantwoord om te proberen meer zelfvoorzienend te zijn en te kiezen voor duurzame energievormen. Laten wij daar ons geld op inzetten’.

‘Ik was met het volgende punt bezig. Het is goed dat GS na de ondertekening van het Energieakkoord zo snel gekomen zijn met een uitwerking voor verschillende beleidsvelden in Zuid-Holland die het bereiken van de gestelde doelen dichterbij moet brengen. Dat moet op een verstandige wijze verder vormgegeven worden. Voorlichting en het bijeenbrengen van partijen zullen daarbij zeer belangrijk zijn. Het is belangrijk dat warmte en energie die er zijn, worden aangewend en niet verloren gaan, waarbij de overheid een faciliterende en stimulerende taak heeft en de markt zijn werk moet laten doen’, aldus van Dieren.

‘Waar en welke prioriteiten? Daarmee kom ik een beetje in de richting van de heer Brands. Ik wil daarbij aanhalen wat een oud-collega destijds zei: “En, en, en.” We moeten dus proberen om op alle vormen in te zetten. Als wij dat doen, dan komen wij in Zuid-Holland mogelijk nog maar aan 10%’, aldus het fractielid van de ChristenUnie en SGP.

‘Wat ontbreekt er?’, zo ging van Dieren verder. ‘Daarmee kom ik aan de moeilijke term op de agenda, namelijk checks en balances. Ik probeer dat verder vorm te geven in de Nederlandse bewoordingen: een overzicht van maatregelen ontbreekt die worden voorgesteld in tijd en geld. Dat is nodig omdat daarmee duidelijk wordt of wij de juiste dingen doen op de juiste momenten, zodat het beleid uit de nota beter meetbaar wordt en Provinciale Staten de kaders beter kunnen stellen en de uitvoering kunnen toetsen. Daarom ziet mijn fractie graag dat in de komende begroting meerjarige duidelijke parameters worden opgenomen (gebaseerd op de tabellen op pagina 20 van de nota, waarin activiteiten voor de provincie staan opgesomd: efficiëntie, restwarmte, aardwarmte, wind op land, zon en biomassa), hetzij door cijfers en waar dat niet mogelijk is, in beschrijvende vorm, zodat de uitvoering van dit beleid bij de begroting en de jaarrekening door PS kan worden vastgesteld en de uitvoering bij de P&C-cyclus kan worden getoetst. Ik ontvang graag een duidelijke toezegging van GS. Ik houd daarvoor een motie achter de hand’.